Is deze nieuwsbrief niet goed leesbaar? Bekijk deze dan hier in uw browser.  
   
 
 

Nieuwsbrief van de afdeling Tuchtzaken van SKJ met een opsomming van alle uitspraken van de afgelopen tijd. Uitspraken waaruit een maatregel is voortgekomen worden extra belicht. Van bijzondere tuchtzaken komen er zogenaamde annotaties.

 
 

Nummer 3 - september 2018

Deze nieuwsbrief mag worden verspreid bv via social media. Wilt u de nieuwsbrief van de SKJ Tuchtafdeling ook ontvangen? Stuur dan een mail naar webmaster@skjeugd.nl. Dit graag onder vermelding van ‘Nieuwsbrief SKJ Tuchtafdeling’.

-----

Klacht tegen een jeugdbeschermer waarbij de gegronde klachtonderdelen zien op het uitwisselen van informatie zonder toestemming van klaagster en het niet informeren van klaagster over de inzet van de zus van klaagster als tolk van vader.

Zaak 18.001T: gegrond. Het college legt een waarschuwing op.

De plicht van beklaagde om gezaghebbende ouders te informeren, levert in de praktijk problemen op bij ouders die de Nederlandse taal niet machtig zijn. Het College realiseert zich dat het vinden van een tolk niet gemakkelijk is en dat hiervoor bij de gecertificeerde instelling weinig geld beschikbaar is. Het is begrijpelijk dat beklaagde heeft gehandeld naar bevind van zaken op het moment dat zij vader zo snel mogelijk moest informeren over een spoeduithuisplaatsing van de kinderen.

De inzet van de zus van klaagster als tolk is echter niet eenmalig geweest. Alternatieven om vader te informeren heeft beklaagde niet overwogen. Zij heeft niet intern overlegd over deze situatie en heeft klaagster niet geïnformeerd over het inzetten van haar zus als tolk. Het was beklaagde bekend dat de verhouding tussen hen verstoord was. In deze omstandigheden heeft beklaagde de privacy van klaagster geschonden. Zij heeft gehandeld in strijd met artikel J van de Beroepscode voor de Jeugdzorgwerker. Nu beklaagde heeft gereflecteerd op haar handelen, is de maatregel van waarschuwing passend en geboden.

Lees meer >>>

-----

Klacht over de handelswijze van de jeugdzorgwerker voor, tijdens en na de vaccinatie van de minderjarige. De klacht gaat over het ontbreken van samenwerking tussen klaagster en beklaagde is gegrond. Artikel O van de Beroepscode is geschonden.

Zaak 18.010T: deel van de klacht gegrond, overige delen van de klacht ongegrond. Het College legt geen maatregel op.

Klaagster voelt zich als ouder met eenhoofdig gezag buitenspel gezet. Beklaagde heeft geprobeerd zijn macht te laten gelden. Dit komt naar voren doordat hij de minderjarige ver van klaagster wilde houden. Beklaagde is hardhandig opgetreden en tot slot heeft hij niet met klaagster samengewerkt.

Klaagster is per e-mail door de gezinsvoogd geïnformeerd dat de minderjarige gevaccineerd zou worden, dat de gezinsvoogd die dag vervangen zou worden door beklaagde en dat daarnaast pleegmoeder aanwezig zou zijn. Zowel klaagster als beklaagde hebben ter zitting verklaard dat in de e-mail gesproken wordt over een ‘begeleid contactmoment’ voor klaagster. Het is het College echter gebleken dat klaagster vooraf geen toestemmingsformulier heeft ondertekend voor de medische behandeling van de minderjarige en dat evenmin door de GI aan de rechter vervangende toestemming is gevraagd. Het College overweegt dan ook dat er geen sprake was van een begeleid contactmoment, maar dat klaagster als ouder met eenhoofdig gezag bij de vaccinatie aanwezig moest zijn. Beklaagde is één dag voor de vaccinatie door de gezinsvoogd gevraagd in te vallen en de minderjarige te begeleiden. De voorbereiding van de vaccinatie is gedaan door de gezinsvoogd en geheel buiten beklaagde omgegaan. Voor de dag van de vaccinatie heeft beklaagde kennelijk instructies gekregen om klaagster niet met haar zoon alleen te laten. Uit de verklaringen van klaagster en beklaagde heeft het College afgeleid dat beklaagde deze instructies zeer strikt heeft opgevolgd. Zoals het College hiervoor heeft opgemerkt, was klaagster noodzakelijkerwijs aanwezig tijdens de vaccinatie. Dit is tevoren kennelijk onvoldoende duidelijk geworden bij beklaagde. Naar het oordeel van het College had hij zich dit meer moeten realiseren. Het College kan zich dan ook voorstellen dat het onder deze omstandigheden beter was geweest wanneer beklaagde meer de samenwerking had gezocht met klaagster. De klacht gaat over de samenwerking tussen klaagster en beklaagde is gegrond. Gelet op de korte termijn waarbinnen beklaagde gevraagd is de zoon te begeleiden en het gegeven dat hij geen vaste gezinsvoogd is, acht het College een en ander verminderd verwijtbaar. Bovendien gaat het om een eenmalige misstap.

Lees meer>>

-----

Klacht tegen jeugdbeschermer die is betrokken bij de uitvoering van de ondertoezichtstelling. Het Plan van Aanpak is te laat opgesteld maar beklaagde valt hiervan een beperkt tuchtrechtelijk verwijt te maken. Het College legt geen maatregel op.

Zaak 18.016T: deels gegrond, deels ongegrond. College van Toezicht legt geen maatregel op, procedure bij het College van Beroep loopt nog.

Klager heeft acht klachtonderdelen geformuleerd. Klager verwijt beklaagde bij klachtonderdeel vijf dat zij zonder overleg met hem het Plan van Aanpak heeft vastgesteld. Het College is van oordeel dat de periode tussen de verlenging van de ondertoezichtstelling en het vaststellen van het Plan van Aanpak zes maanden is geweest. Een Plan van Aanpak biedt voor alle betrokkenen handvatten en structuur aan de hulpverlening voor een in tijd afgebakende periode. Het College is dan ook van oordeel dat deze periode te lang is. 

Beklaagde kan met betrekking tot dit klachtonderdeel een tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt. Het College houdt rekening met de omstandigheden waarin beklaagde in deze zaak heeft moeten werken. De casus is complex omdat klager en moeder niet of nauwelijks met elkaar communiceerden en ook de communicatie tussen klager en beklaagde moeizaam is verlopen. Ook heeft beklaagde zich steeds ingespannen om de zorgen van klager te onderzoeken en met hem te bespreken. 

Gezien deze context valt beklaagde slechts een beperkt tuchtrechtelijk verwijt te maken waardoor het opleggen van een maatregel niet gerechtvaardigd is. De overige klachtonderdelen zijn ongegrond.

Lees meer>>>

-----

Klacht over de raadsonderzoeker en de uitvoering van het raadsonderzoek; klager is als ouder met gezag niet betrokken bij het onderzoek en informatie is achtergehouden.

Zaak 17.128Tb: klachtonderdeel II deels gegrond, overige klachtonderdelen ongegrond. Het college legt geen maatregel op.

Klager verwijt beklaagde dat hij niet is geïnformeerd over de Beroepscode voor de Jeugdzorgwerker. Het College stelt vast dat artikel F van de Beroepscode van toepassing is. Dat artikel gaat over informatievoorziening over de hulp- en dienstverlening en luidt als volgt: ‘De jeugdzorgwerker verschaft de jeugdige cliënt en diens wettelijke vertegenwoordigers de voor een goede professionele relatie relevante informatie, zoveel mogelijk in een voor de cliënt(en) begrijpelijke taal.’ In de toelichting staat vermeld: ‘Het verschaffen van informatie vindt plaats op basis van wetgeving, kwaliteitskaders, instellingsbepalingen en beroepswaarden. Met informatie op basis van beroepswaarden wordt ten minste bedoeld: … informatie over deze code en het daaraan gekoppelde tuchtrecht …’. Vast staat dat beklaagde klager hier niet over heeft geïnformeerd en artikel F dat wel vereist. Het klachtonderdeel is dan ook gegrond. 

Beklaagde wordt tot slot verweten dat zijn persoonsgegevens onrechtmatig zijn verwerkt. Het College is van oordeel dat de verantwoordelijkheid voor het op juiste en rechtmatige wijze verwerken van persoonsgegevens bij de instelling ligt. Beklaagde is niet tekort geschoten in de informatievoorziening en heeft geen beroepsnorm geschonden. Nu het College de verwijtbaarheid bij het deels gegronde klachtonderdeel II gering vindt, beklaagde pas drie weken bij het onderzoek betrokken was en het bovendien gaat om een eenmalige misslag, legt zij geen maatregel op.

Lees meer>>>

-----

Klacht over de onderzoeker van Veilig Thuis; klager is niet geïnformeerd, er is niet met hem gesproken over de meldingen en beklaagde heeft volgens klager vooringenomen en niet transparant gehandeld. Het deel van de klacht dat klager niet is geïnformeerd

Zaak 17.128Tc: klachtonderdeel II deels gegrond, overige klachtonderdelen ongegrond. Het college ziet af van het opleggen van een maatregel.

Klager verwijt beklaagde dat zij niet met klager in gesprek is gegaan. Het is het College gebleken dat klager wel is aangeboden om in gesprek te gaan, maar dat daar voorwaarden aan zijn verbonden. 

Klager verwijt beklaagde dat zij hem niets heeft verteld over zijn rechten, noch over de Beroepscode voor de Jeugdzorgwerker. Beklaagde heeft evenmin gewezen op de mogelijkheid een vertrouwenspersoon te kunnen spreken. Het College heeft kennis genomen van het feit dat de informatiefolder die Veilig Thuis normaal gesproken tijdens het eerste gesprek overhandigt pas tijdens een later klachtgesprek aan klager is verstrekt. Beklaagde heeft daar in het klachtgesprek haar excuses voor aangeboden en ook later verklaard hiervan geleerd te hebben. Het College overweegt dat klager eerder geïnformeerd had moeten worden over de werkwijze van Veilig Thuis. Informatieverstrekking door de hulpverlener is belangrijk. Dit deel van de klacht is dan ook gegrond.

Op het deel van de klacht dat beklaagde klager niet heeft geïnformeerd over de Beroepscode voor de Jeugdzorgwerker is artikel F van de Beroepscode van toepassing. Dat artikel gaat over informatievoorziening over de hulp- en dienstverlening. Nu vast staat dat beklaagde klager daar niet op heeft gewezen, dient dit deel van de klacht gegrond te worden verklaard. Het College constateert dat het kennelijk geen beleid is binnen Veilig Thuis cliënten te wijzen op de Beroepscode. Het College is van oordeel dat hier (ook) een verantwoordelijkheid op instellingsniveau ligt. Beklaagde heeft de tuchtrechtelijke weg gevonden en is door het gebrek aan informatie over de Beroepscode en het tuchtrecht kennelijk niet in zijn belang geschaad.

Het College vindt de verwijtbaarheid bij het deels gegronde klachtonderdeel II gering; beklaagde heeft gereflecteerd op het eigen handelen en het bovendien gaat om een eenmalige misslag. Het College legt daarom geen maatregel op.

Lees meer >>>

-----

ALLE BESLISSINGEN LEZEN

Alle beslissingen

Alle beslissingen – dus ook degene waarbij geen maatregel is opgelegd - die door het College van Toezicht en College van Beroep zijn genomen zijn terug te lezen op:

https://skjeugd.nl/tuchtrecht/beslissingen

-----

Uw mening

Reageren op een opgelegde maatregel of wilt u uw mening in deze nieuwsbrief ook wel eens kwijt? Mail naar webmaster@skjeugd.nl

Wilt u zich aanmelden voor deze nieuwsbrief? Mail ook dan naar webmaster@skjeugd.nl.

Geen nieuwsbrief meer ontvangen? Klik hier om uit te schrijven